13 Bequia - Carriacou (Grenada)(English text too) - Reisverslag uit Saint George's, Granada van Eddy Dunlop - WaarBenJij.nu 13 Bequia - Carriacou (Grenada)(English text too) - Reisverslag uit Saint George's, Granada van Eddy Dunlop - WaarBenJij.nu

13 Bequia - Carriacou (Grenada)(English text too)

Door: Eddy Dunlop

Blijf op de hoogte en volg Eddy

21 Juli 2008 | Granada, Saint George's

Nr 13 Bequia – Carriacou (Grenada) 21 july 2008 (After the Dutch text one finds a English translation)

Het wordt weer tijd om verslag uit te brengen. Er komen weer terechte opmerkingen dat ik niets van me laat horen. Ik zit nu, juli, in Carriacou, het eiland ten Noorden van Grenada. Een plek waar ik het Caraibische ritme aanneem. Totale ontspanning, duiken, lezen en een beetje aan de boot klussen. In deze volgorde. Tijd om de sfeer van een van de laatste niet toeristische Caraibische eilanden te proeven. Een klus kun je altijd tomorrow uitvoeren, er is altijd weer een tomorrow. Ik kom eindelijk los van Holland. Maar niet voor lang.

6 mei, ik vertrek van Bequia (Grenadines) naar de Tobago Cays. Iedereen verteld me dat ik daar per se naar toe moet, het is er zo mooi. Het is maar 20NM varen. De Tobago Cays zijn 3 eilandjes die in een hoefijzervormig rif liggen. Normaal draag ik een glazen zonnebril die minder kans op krassen heeft. Voor het zeilen tussen riffen heb er een polaroid bril gekocht, met grijze glazen zodat blauw en groen zo weinig mogenlijk van kleur veranderen.. Deze bril geeft een wereld van verschil. Opeens zie je diepten en ondiepten. Gewone zonnebrillen zijn niet bruikbaar voor riffen, dan nog beter zonder. Het is een hele sport om met riffen te leren omgaan. Wel leuk, al die kleuren water. Donkergroen, donkerblauw en alle (pastel)tinten ertussen. De meeuwen zijn wisselend groen en blauw en wit van onderen, al naar gelang hoe de zon schijnt en waar ze vliegen.
Ik anker achter het rif, boegen naar het oosten, de eilanden achter me. De oceaan breekt op het rif en spoelt er overheen. Dat ligt onrustig maar met een catamaran toch nog veel beter dan met een monohull. Die rollen hier verschrikkelijk. Het is een prachtige omgeving, zoals je je eigenlijk voorstelt hoe het is in de Pacific moet zijn met zijn atollen. Jammer genoeg zijn er nog 50 boten meer, iedereen denkt hetzelfde. Voor het grootste deel zijn het daycharter boten. Die verdwijnen aan het einde van de middag. Vanwege de drukte ga ik de volgende dag al weer weg. Naar het eilandje Mahauyt. 3km2 en 350 inwoners en één betonnen weg. De baai waar ik invaar ziet er op de foto in de pilot verlaten en romantisch, uit. Maar nu ligt hij stampvol met charter catamarans. Deze keer liggen de boten zelfs achter anker 6 dik omdat er te weinig plaats is. Het lijkt wel Enkhuizen in het hoogseizoen. En dit is nog maar het naseizoen. Om 4 uur vertrekken alle boten opeens en dan is het rustig.
De volgende dag ga ik maar weer verder, zo’n drukte is aan mij niet besteed. De volgende stop is Union Island, het laatste eiland van de Grenadinen, hier moet ik uitklaren want daarna ga ik naar een nieuw land.
Alleen zeilen en ankeren vind ik steeds leuker. Het gaat met meer routine en ik heb niet veel spanning meer vooraf. Als ik aankom en het plaatsje wat ik gekozen heb bevalt me niet ga ik zo even verliggen, anker op, wat manouvreren en anker neer. Het is hier wel erg makkelijk varen, altijd de wind van eenzelfde sterkte en richting. En ik hoef niet s’nachts te varen. Ik kan mezelf nog geen echte solozeiler noemen.
Zoals de meeste eilandjes heeft Union Island een vliegveldje waar elke paar uur een Twin Otter vliegtuigje landt en na korte tijd weer opstijgt. Voor 65 euro kom je hier vanaf Grenada. En dat maakt dat erg veel dagtoeristen even een dagje komen zeilen. Vandaar al die daycharter catamarans. En daarnaast zijn er uiteraard resorts met toeristen.
Op Union Island is het een komen en gaan van boten. Veel boten zijn op weg naar het zuiden, weg van de baan van de tropische stormen en hurricanes. In deze tijd is er in het Caraibisch gebied een echte volksverhuizing gaande van boten op weg naar veiliger plekken. Dat beinvloed het toerisme enorm.
Ik maak hier nog een paar duiken. De duikinstructeur is Ellie, een Nederlandse die hier al 8 jaar met haar stalen ketch rondvaart.(Waarmee ze al de wereld is rond geweest) Ze leeft van charter schipperen en als freelance duikinstructeur. Je kunt haar en haar boot huren en er zelfs het Padi Open Water tot en met Divemaster certificaat halen. Dat lijkt me erg romantisch, rondtrekken langs strandjes en baaien in de Grenadinen en tegelijk leren duiken met je prive jacht. De kosten vallen erg mee,niet veel duurder dan dat je naar een normaal massa-toerisme resort gaat.(www.robinsonadventure.com) Later ontmoet ik haar weer in Carriacou.

Na een paar dagen vertrek ik naar Carriacou, het eiland ten noorden van Grenada. En ben van plan daar het stormseizoen door te brengen. Er zijn mij veel goede verhalen over verteld.
Op 11 mei kom ik aan bij Hillsborough, de hoofdstad en het enige stadje op Carriacou. Een stille baai waar de jachten alleen blijven liggen om in te klaren.
Als jacht moet je als je een land binnenkomt inklaren. Dat houdt in dat je met het uitklaringsdocument van het vorige land, je scheeps registratie document en paspoort naar de immigrationofficer en de douane moet. Daar nemen ze het uitklaringsdocument in, je moet een nieuw inklaringsformulier invullen, dat wordt gestempeld, je moet wat betalen en je mag een tijd in het land blijven. Ze zouden moeten kontroleren dat je rechstreeks van het ene land naar het andere gevaren bent in een redelijke tijd. Maar dat is bij mij tot nu toe niet gebeurd. Iedere keer wordt het uitklaringsdocument ongezien achter het kopie inklaringsdocument geniet en op een stapel gelegd.
Ik ga door naar Tyrell bay waar de jachten liggen. Hier heerst een totaal andere sfeer dan ik tot nu toe tegen gekomen ben. Er liggen vooral Live-Aboards. Mensen die op de boot wonen. Vaak geen huis meer hebben en al jaren in de Caraiben rondzwerven. Hun boten zijn meestal wat oudere, degelijke, masttop getuigde schepen met veel zonnecellen en een windgenerator. Als ze rond de 40Ft of meer zijn ketch of schoener getuigd. En maar enkele catamarans, veel Wharrams. Ik krijg vaak te horen dat zeilers graag een catamaran zouden willen hebben omdat die veel rustiger zeilen en voor anker liggen maar te duur zijn. Hier komen nauwelijks charterschepen. Die komen vanuit het Noorden niet verder dan de Grenadinen. Voor Carriacou moeten ze in en uitklaren en dat is teveel werk voor dit kleine eiland. En de oversteek naar Grenada, het volgende eiland is voor de gemiddelde chartercat te groot(25SM) en het is vanwege de windrichting en stroming op de terugweg te lastig. Dat maakt dat dit eiland voor een ander type zeilers is.

De sfeer in Tyrell bay is heel apart. De baai ligt in een uithoek van het eiland. Langs de kust ligt een soort woonwijk met een paar kleine supermarktjes, een laundery, een Pizzeria annex duikshop, en paar andere eetgelegenheden. En Arawak, de duikshop waar ik gebruik van ga maken. Maar daarover later meer.
Je ziet geen politie. Die paar agenten die op het eiland zijn blijven in Hillsborough. Men regelt hier zijn eigen zaakjes zelf.
Wat Tyrell bay een aparte plaats geeft voor jachten is dat er de Yacht Haulout van Jerry is, met Tim als manager. De travel lift kan schepen tot 6 meter breed uit het water halen. En er is Dominique, Fransman met gezin. Hij doet aluminium en RVS laswerk en is uiterst klantvriendelijk en inventief. Toen hij teveel huur moest gaan betalen voor zijn werkplaats op land heeft hij op Union eiland een oude trimaran gekocht en daar een loods op gebouwd is die als werkplaats dient. De schepen komen langszij voor reparaties en aanpassingen. En hoeven niet meer het water uit. En er zijn Uwe en Jutta met dochter Kadisha, een Duitse familie. Uwe repareert motoren,schroefas installaties en machinerien. Heeft de enige draaibank van het eiland. En Andy, Engelsman die al 30 jaar rondzwerft in dit gebied heeft hier 7 jaar geleden een zeilmakerij gestart. Hij woont op een 42Ft ketch. Andy repareert zeilen en maakt buiskappen en zonnetenten voor boten. Samen met Petra, een jonge Oost-Duitse die naaister is en Barbara. De laatste leeft samen met Dave op een Wharram cat naast mij. Dave doet polyester reparatiewerk. Mike installeert en repareert electronica. En zo zijn er nog meer werklieden. Iedereen werkt samen om je probleem op te lossen. En voor elk soort werk is er wel iemand die het kan. En de zaken worden verbazend snel opgepakt en afgewerkt. Hier worden dingen gerepareerd die in Nederland total loss worden verklaard. Vroeger zal het in Nederland ook zo geweest zijn. Kleine zelfvoorzienende gemeenschappen die niet afhankelijk waren van de grote stad. Klanten komen zelfs vanuit St.Vincent en Bequia hier naar toe om zaken te laten repareren. De aluminium ferries die de eilanden met elkaar verbinden komen hier langs voor onderhoud.
Dit zijn serieuze vaklieden die uit Europa vertrokken omdat ze daar niet konden aarden en hier een leven trachten op te bouwen zonder sociaal/financieel vangnet. Het is niet eenvoudig, je wordt hier niet rijk. maar er heerst een bepaalde gemoedelijkheid die het leven aantrekkelijk maakt.

Carriacou heeft het ongeveer formaat van Texel, droger, de baai ligt beschut door heuvels en heerlijk warm. 26 gr.
De bevolking leeft op zichzelf en is niet afhankelijk van jachten, cruiseschepen en touristen zoals Bequia. Wat visvangst en landbouw, bouw van houten zeilschepen en een beetje toerisme. Carriacou wordt vergeten door het hoofdeiland Grenada. Pas in 1985 kwam hier electriciteit. De sfeer is vriendelijk en iedereen is bezig met z’n eigen zaken. Je wordt niet lastig gevallen door opdringerige verkopers.

Als er geblazen wordt op de conch, zo’n grote schelp, dan moet je vlug naar de jetty van de veerboot. Er wordt dan vis verkocht door een lokale visser. Die vist nog met een kleine open boot.
Verse groenten koop ik bij Denise. Zij heeft een klein groentestalletje langs de weg. Je kunt er alleen aardappelen, bataten, babanen, tomaten, uien , knoflook en limes krijgen. En dan soms kool, komkommer of wortelen. En dat is het zo’n beetje in Tyrell bay. Rekenen vormt vaak een probleen bij straatverkopers. That is 4 EC voor de carots+ 6EC potatoes + 3 EC limes. “Give me 21 Dollar please” Ik zeg “dat is wat veel”. Een vriendelijke verwilderde blik en een gepuzzeld hoofdrekenen, paniek. Ik zeg, dat is dan 13 EC. Een blijde glimlach dat ik het uitreken voor haar. Er wordt op deze eilanden alleen in hele ponden verkocht omdat het anders te moeilijk wordt. En de zaken worden afgewogen op gewone plastic huishoud weegschaaltjes, er wordt altijd wat meer gegeven om vooral niet te weinig af te leveren.
Fruit en groente hebben hier nog een stevige stuctuur met veel smaak. De tomaten zijn veel lekkerder en steviger dan de vleestomaten in Nederland. Er wordt verontschuldigend gezegd dat het lokale kwaliteit is. Ziet er wat minder uit maar smaakt uitstekend. En is biologisch, hier worden geen onkruidbestrijdings middelen gebruikt.
Zoals op zoveel plekken in de Caraiben klinkt er vaak steelband muziek vanaf de kant. Hier is het meestal woensdags en vrijdagavond bij de Lumba Queen, een rumshack-restaurant. De Zeevonk met Henk en Joke Vonk ligt opeens in de baai. Het is heel wat jaren geleden dat ik hun ontmoet heb, in de tijd dat Pandiono, mijn vroegere prachtige 40Ft trimaren, te water gelaten werd. Zij charteren al jaren in de Caraiben. Als je met hun mee vaart gebeurd dat in een heel persoonlijke sfeer. (www.Zeevonk.nl) En zo zijn ze weer weg om gasten op te pikken. En komen weer langs, nu met gasten. En ik lig nog rustig op dezelfde plek, rust, Zwitserleven gevoel.

Simon komt langs in een klein bootje en verkoopt een zeer goede Chileense wijn voor 17EC(=4.25 eur) per fles. De wijn komt uit Venezuela waar alles onwaarschijnlijk goedkoop is. Het is de moeite waard om spullen op onofficiele manier het land in te krijgen.
Er is hier, zoals in veel van de omringende landen, geen inkomsten belasting. De overheid krijgt zijn inkomsten voornamelijk uit importbelasting en er wordt belasting geheven over de omzet bij de reguliere bedrijfjes. Maar er is nauwelijks een administratief systeem en er is beperkte controle. Dus wordt afgedragen wat wel redelijk lijkt voor beide partijen.
Onlangs is getracht een BTW stelsel in te voeren. Bij voorlichtings bijeenkomsten werd al snel duidelijk dat de ondernemers absoluut niet begrepen waar het over ging. En diegenen die ervaring met de BTW hadden stelden vragen waar de ambtenaren geen antwoord op hadden. Dus is het project weer een tijdje van de tafel. Toch zal het er wel eens van komen. Een aantal landen van de CARICOM hebben het al. De CARICOM is het samenwerkingsverband van de Engelssprekende eilanden. Ze hebben al de EC dollar (East Carabian Dollar 4 EC=1 euro) gezamenlijk. Deze is vast gekoppeld aan de USD en dat maakt het voor Europeanen aantrekkelijk in dit gebied. En ze trachten meer gezamenlijk te regelen. Een EU in de dop. Maar het is lastig als je landen met 50.000-200.000 inwoners hebt. Dan is er niet veel geld voor ambtenaren om alles uit te onderhandelen en te regelen. En er is de onvermijdelijke vriendjespolitiek en lokale belangen van kleine gemeenschappen. Deze eilanden hebben het niet makkelijk.
Op 8 juli zijn de verkiezingen. Het gaat tussen twee partijen, de NNP (New National Party, groen, regerend) en de NDC (New Democratic Congres, geel). Heel veel mensen lopen met groene of gele T-schirts en dagenlijks rijden de autos met omroepinstallaties rond en melden dat de andere partij doet aan intimidation, manipulation, bribery, corruption, mismanagment. Het gaat er fel aan toe maar ik heb nog geen antwoord kunnen krijgen op wat nu het verscil is tussen de partijen. De NNP zegt “Let the progress continue” en de NDC vindt dat er een einde moet komen aan corruption and mismanagement. We zullen wel zien.

Volgende keer over het stormseizoen en techniek.

Carriacou, July 2008
It is time to let know how I am doing. At the moment I am anchored in Tyrell Bay at Carriacou, the island at north of Grenada. A spot where I adopt the Caribbean rhythm. Totally relaxed, diving, reading and a bit working on Boanerges, in this order. And taking time to experience the atmosphere of a Caribbean island without tourists. One can always do the planned job tomorrow. Here there is always another tomorrow. I think I get disconnected from Holland. But not for long I expect.

6 May, I leave Bequia (Grenadines) for the Tobago Cays. Me is told that I must do this, it should be beautiful. It is only 20NM away. The Tobago Cays are 3 small islands which are situated within a horse shoe reef. I normally use glass sunglasses but for sailing between reefs I bought Polaroid sunglasses. They make a big difference. Suddenly one sees depths and shallows. Ordinary sunglasses are not useful for reefs, then still better without. It is nice to learn to sail between reefs. Very nice, all those colors of water. Dark green, dark blue and all (pastel) dyes in between. The seagulls are changing color from greenish to bluish white from under, depending on how the sun shines and where they fly. I anchor behind the reef, bows to the east, the islands behind me. The ocean breaks on the reef and flushes over it. It is quite restless but with a catamaran nevertheless much better then with a mono hull. Those rock and roll terrible. It is splendid surrounding, such as one imagines how it is in the Pacific with its atolls. Unfortunately there are still 50 more skippers thinking the same. The bulk are day charter boats. Those leave at the end of the afternoon. Because of the upheaval I leave the next day already. To the small island Mahauyt. 3km2 and 350 inhabitants and one concrete road. The bay where I anchor looks romantic and empty on the picture in the Pilot. But now it is packed with charter catamarans. They even lie 6 boats wide at anchor because there is not enough place. It looks like Enkhuizen in the high season. And this is still but the late season. At 4 o'clock suddenly all boats leave and it is quiet now. The next stopover is Union Island, the last island of the Grenadines, here I must do a Clearance at the immigration office because afterwards I leave for a new country. I start to like sailing solo and going at anchor alone. I do it with routine and do not have much tension any more in advance. Sailing is easy here, the wind always out of direction and of the same strength. And I do not have to sail at night. I can call myself not yet a true solo sailor. As most of the small islands Union Island has a little airstrip where each couple of hours a Twin Otter aircraft lands and after a short time takes off. A flight from Grenada costs 65USD. And that makes that a lot of day tourists arrive for a days sail. And moreover there a couple resorts with tourists. Hence all those day charter catamarans. At Union Island it is busy with incoming and outgoing boats. Many go to the south to avoid the tropical storms and hurricanes. It is a real transmigration of boats to more safe spots in the Caribbean area. This has a great effect on tourism.
I make a couple of dives. The dive instructor is Ellie, Dutch. She is here already 8 years with her steel ketch. (With which she already has been around the world) She earns her money by doing yacht charters and as a freelance dive instructor. You can rent her and her boat and even do the Padi Open Water course up to the Dive master certificate on board. That seems to me very romantic, traveling along all those little beaches and bays in the Grenadines and at the same time learning to dive on your private yacht. The costs turn out to be not much more expensive than in a normal mass-tourism resort. (www.robinsonadventure.com) At Carriacou I meet her again. After a couple of days I leave for the island Carriacou. I plan to stay there for the storm season. Me is told there is good protection against hurricanes. On 11 May I arrive at Hillsborough, the capital and the only town on Carriacou. A quiet clear bay where yachts only stay a short time to do a Clearance to enter the country. That implies that one must go with the clearing document of the previous country, ones ownership documents and passport to the immigration officer and customs authorities. There they keep the clearing document, one fills in a new immigration clearance form that is stamped and signed, one pays and you are allowed to remain a certain time in the country. They ought to check that you sailed in a reasonable time from the previous country to the next. But that has not yet happened to me so far. Every time the clearing document was put unseen behind the copy of the new clearance document and disappeared on the stack. I move on to Tyrell bay where the yachts stay at anchor. This is a totally different environment from what I have experienced so far. Here one finds mostly Live-Aboard s. People who live on the boat, not just for a year. Frequently with no house anymore and already roaming around for years in the Caribbean. These boats are generally some what older, solid, mast top rigged ships with many solar panels and a wind generator. If they are 40Ft or more then they are very often ketch or schooner rigged. And only a few catamarans, mainly Wharrams. Many times other yachtsmen tell me they should like to have a catamaran because they sail more quiet and are more comfortable at anchor then mono hulls But are too expensive. Here hardly any charter boat arrives. They do not sail from the Grenadines to Carriacou while they must clear through immigration and that is too much work for this small island without touristic infra structure. And to sail to Grenada, the next island is for the average charter catamaran too much (25SM) and the way back from Grenada is too cumbersome because of the wind direction and current on the way back. That makes this island the domain for a another type of yachtsmen.

Tyrell Bay lies very remote. Along the shore there is a small residential area with a couple of small supermarkets, a laundry, a pizza restaurant annex dive shop, and and a couple of other restaurants. And Arawak, the dive hops where I am almost daily. But about that later more. On does not see any police. That couple of agents who are on the island remain in Hillsborough. Here one solves their own little matters themselves.
What Tyrell gives a separate place for yachts is the Yacht Haul Out of Jerry, with Tim as a manager. The travel lift can lift up boats to 6 meters wide from the water. And there is Dominique, French man with family. He does aluminum and RVS welding and is extremely customer-orientated and inventive. When he had to pay to much rent for his workshop ashore he bought an old trimaran and built a workshop on top of it. The ships now come along for repairs and alterations and do not need to be taken out of the water, a cost saver. And there are Uwe and Jutta with daughter Kadisha. Uwe repairs engines, propulsion systems and all kind of other mechanics. And Andy, English man, who roams around already 30 years in this area. He started 7 years ago a sail repair and canvas making shop. He lives on 42Ft ketch. Andy repair sails and make awnings and dodgers for boats. With Petra, young East-German sewster is and Barbara, who lives together with Dave on Wharram cat besides me. Dave does polyester repair work. Mike installs and repairs electronics. And there are still more workers like this. Everyone cooperates to solve your problem. And the job is finished astonishing quick. Here things which are declared total loss in the Netherlands are repaired. In former days it will have been in the Netherlands this way too. Small self supporting communities which were not dependent on the large city. Customers even come from Saint Vincent and Bequia here for repairs. These are serious professional folks who have left Europe because they could not stand the way of living there anymore and try to build a life without socially/financial security. It is not a easy living and one does not become rich. But living here is more relaxed.

Carriacou has the size of Texel, drier, the bay is protected by hills and deliciously warm. 26 gr. The population lives on itself and is not depending on yachts and cruising ships like Bequia. Main source of income is fishery and agriculture, construction of wooden sailing ships and a little bit of tourism. People get along with each other pleasantly and everyone is busy with his own matter. You do not become harassed by insistent salesmen.

When the conch is blown, this big shell, one has to rush to the jetty of the ferry boat. Fish is then sold by a local fisherman. They fish with small open boats.
I buy fresh vegetables at Denise. She has a small vegetable booth along the way. Most of the time there are potatoes, sweet potatoes, bananas, tomatoes, onions, garlic and limes. And sometimes cabbage, cucumber or carrots And that’s all for Tyrell Bay. Calculating frequently is a problem for street salesmen. “That is 4 EC for the carrots + 6EC potatoes + 3 EC limes. Give me 21 dollars please” says Denise. I answer “that is a bit much” A friendly smile and a puzzled eyes, panic. I say “that is 13 EC I think”. I get a cheerful smile from Denise while I calculate it for her.
For me life is uncomplicated here.

Next time about the hurricane season and technique
And other business which take my attention.

  • 22 Juli 2008 - 14:21

    Stephan:

    Dear Eddy,
    happy to hear from you. I started missing your report.
    Take care,
    Grüße aus Berlin
    Stephan

  • 26 Juli 2008 - 14:48

    Yvonne:

    Ja daar is 't ie dan weer. Leuk verhaal, mooie foto's, wat een blauwe zee. Je maakt het prima zo te lezen. Hoe warm is het water? Maak je ook onderwaterfoto's? We krijgen wel een mooie reisrapportage.
    Groeten uit Amersfoort

  • 28 Juli 2008 - 10:57

    Theo De Wit:

    Ha 3ddy. Wat een mooie reis en een mooi verhaal. Ik ben jaloers, maar niet in het bezit van zeebenen en benodigde lef. Het ga je goed!
    Groet (vast ook wel van Coos),
    Theo.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Granada, Saint George's

Zeilend van Amsterdam, Carieb, Panama and???

At the end of this Dutch text one finds a simple translation in English.

De reiziger
Eddy Dunlop, 64 jaar oud, solo, gezond van lijf en leden, niet meer werkzaam en heeft net voldoende geld om een wereldreis te kunnen bekostigen zonder al te veel zorgen.
Als 20 jarige ben ik met een passagier/vrachtschip van de KNSM als dienstplichtige de Atlantische oceaan overgestoken naar Suriname. Al die dolfijnen die op de boeggolf speelden, de zon op en ondergangen, de prachtige wolken met onwaarschijnlijke kleuren, ik dacht “dat wil ik zelf een keer doen”. En nu 40 jaar later kan het, dus doen. Alleen, niet uit overtuiging maar omdat het zo gelopen is.
Email: cat.boanerges@gmail.com

The traveller:
Eddy Dunlop, 64 years old, solo, healthy, no longer working and just sufficient money to be able to travel around the world without too much to care about. At the age of 20 I have crossed the Atlantic ocean with a passenger/cargo liner of the KNSM as a militairy to Surinam. All those dolphins player with the waves in front of the ship, the sunset and the sunrise, the splendid clouds with unreal colours, I thought "that I want do myself once". And 40 years later I can do it, thus. solo, not by conviction but because this way it happens. cat.boanerges@gmail.com

Recente Reisverslagen:

05 Mei 2014

45 Living with Boanerges

05 Mei 2014

44 The life of Boanerges

03 Mei 2014

43b The second part of the photos of nr43a

01 Mei 2014

43a Some of the Windward Islands

01 Mei 2014

42 Diving in the Caribbean (English text)
Eddy

At the end of this Dutch text one finds a simple translation in English. De reiziger Eddy Dunlop, 64 jaar oud, solo, gezond van lijf en leden, niet meer werkzaam en heeft net voldoende geld om een wereldreis te kunnen bekostigen zonder al te veel zorgen. Als 20 jarige ben ik met een passagier/vrachtschip van de KNSM als dienstplichtige de Atlantische oceaan overgestoken naar Suriname. Al die dolfijnen die op de boeggolf speelden, de zon op en ondergangen, de prachtige wolken met onwaarschijnlijke kleuren, ik dacht “dat wil ik zelf een keer doen”. En nu 40 jaar later kan het, dus doen. Alleen, niet uit overtuiging maar omdat het zo gelopen is. Email: cat.boanerges@gmail.com The traveller: Eddy Dunlop, 64 years old, solo, healthy, no longer working and just sufficient money to be able to travel around the world without too much to care about. At the age of 20 I have crossed the Atlantic ocean with a passenger/cargo liner of the KNSM as a militairy to Surinam. All those dolphins player with the waves in front of the ship, the sunset and the sunrise, the splendid clouds with unreal colours, I thought "that I want do myself once". And 40 years later I can do it, thus. solo, not by conviction but because this way it happens. cat.boanerges@gmail.com

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 582
Totaal aantal bezoekers 339865

Voorgaande reizen:

01 Juni 2007 - 30 November -0001

Zeilend van Amsterdam, Carieb, Panama and???

Landen bezocht: